Executie vastgoedmagnaat krijgt staartje
Op het internet maakten Chinezen zich de afgelopen dagen druk over de onaangekondigde executie van Zeng Chengjie. Zijn nabestaanden maken zich op voor een rechtszaak over de verkwanselde bezittingen van de zakenman.
Afgelopen woensdag werd Zeng ter dood gebracht. Hij was veroordeeld voor fraude en illegaal bankieren. Volgens de rechtbank heeft hij 57.000 investeerders benadeeld voor in totaal 1,1 miljard yuan (132 miljoen euro).
Zijn dochter schreef vrijdagavond op haar blog dat de doodstraf onaangekondigd was voltrokken, waardoor de familie geen kans heeft gehad om afscheid te nemen. Dat leidde tot een stroom aan reacties, mede gevoed door onhandig en gevoelloos communiceren van justitie, dat tot drie keer toe met een andere verklaring kwam. Volgens de Chinese wet moeten ter dood veroordeelden tijdig worden geïnformeerd over de datum van hun executie, zodat ze nog om bezoek van hun familie kunnen verzoeken.
Politiek complot
Maar de zaak van de geëxecuteerde zakenman krijgt nog een heel ander staartje. Nabestaanden willen een rechtszaak beginnen tegen de lokale overheid in Jishou, in de provincie Hunan, die na Zengs arrestatie halsoverkop zijn bedrijf voor een schijntje verkocht.
Volgens Zengs advocaat, Wang Shaoguang, zou Zeng door lokale bestuurders zijn gestimuleerd om een beleggingsfonds te beginnen, zodat het fonds in de gemeente onroerend goed kon ontwikkelen, zoals een bibliotheek en sportfaciliteiten. Toen bestuurders na enige tijd werden vervangen, wilde de nieuwe lokale machthebbers niets meer van Zeng weten en trokken hun investeringen terug.
Grote uitverkoop
Zeng kreeg daardoor problemen om de overige investeerders terug te betalen en werd er van beschuldigd dat hij een pyramidespel had gerund. Direct na zijn arrestatie verkochten lokale autoriteiten Zengs bezittingen voor 330 miljoen yuan (40 miljoen euro) aan een staatsbedrijf om de schuldenaars gedeeltelijk schadeloos te kunnen stellen. Maar de waarde van de bezittingen van Zengs imperium wordt geschat op 2,38 miljard yuan (285 miljoen euro); ruim voldoende om zijn schuldeisers te voldoen en een veroordeling wegens oplichting te voorkomen.
Zengs nabestaanden willen weten hoe de prijs is bepaald en hoe het mogelijk is dat zijn bezittingen al werden verkocht voordat van een onherroepelijke veroordeling sprake was. En hoewel ze dat niet hardop zeggen, willen ze vast ook weten wie er beter zijn geworden van de uitverkoop van Zengs bedrijf.