Ondanks tweekindpolitiek minder geboortes China

Vorig jaar zijn in de Volksrepubliek 17,23 miljoen kinderen geboren. Dat meldt het nationale statistiekbureau vrijdag. In 2016 waren dat er nog 17,86 miljoen; het hoogste geboortecijfer sinds 2000. Dat betekent dat ondanks de verruiming van de regels voor gezinsplanning minder koppels tot gezinsuitbreiding besluiten. Persbureau Xinhua spreekt van 'onbevredigende cijfers'.

In oktober 2015 besloot de partijtop tot verruiming van de gehate eenkindpolitiek. Dat heeft er ook daadwerkelijk toe geleid dat een paar miljoen gezinnen tot een tweede kind hebben besloten; 51 procent van alle geboortes in 2017 betreft een tweede kind. Vorig jaar was nog 46 procent van alle nieuwgeborenen een tweede kind.

Tweekindbeleid, eenkindpraktijk

Maar per saldo is het geboortecijfer dus niet gestegen, maar met 3,5 procent gedaald. De nationale commissie voor gezondheid en gezinsplanning wijst op demografische redenen: een nominale daling van het aantal Chinese vrouwen in de vruchtbare leeftijd en een hogere gemiddelde leeftijd waarop Chinezen trouwen en een gezin vormen.

Maar er zijn ook sociale redenen. Veel jonge Chinezen die als enig kind zijn opgevoed weten niet beter dan dat dit een normale gezinssamenstelling is en talen niet naar een groot gezin. Ook zijn er voor veel ouderparen financiële redenen om het bij één kind te houden. Zakenblad Caixin berekende dat het opvoeden van een kind in de grote stad 20.000 tot 30.000 yuan per jaar kost (3.000-4.500 euro); dat is niet voor iedereen weggelegd. Veel jongeren willen eerst carrière maken en stellen het krijgen van kinderen uit. Soms leidt uitstel -zoals bekend- tot afstel.