Wat zegt vertrek journaliste over China's prioriteiten?
De Chinese regering verleent geen nieuw visum aan de Amerikaanse journaliste Megha Rajagopalan. Het is voor het tweede keer op rij dat een correspondent die uitgebreid heeft bericht over de mensenrechtensituatie in Xinjiang het land noodgedwongen moet verlaten.
Rajagopalan maakte haar vertrek woensdag zelf bekend op Twitter: "Het is zuur dat ik Beijing zal verlaten na zes prachtige en leerzame jaren als journalist. In mei weigerde China's ministerie van buitenlandse zaken mij een nieuw journalistenvisum te verstrekken. Ze zeggen dat het een procedurele kwestie is, het is ons niet helemaal duidelijk waarom."
Ze werkte van 2012 tot 2016 in China voor persbureau Reuters; sindsdien voor de Amerikaanse website BuzzFeed. Het ministerie van buitenlandse zaken liet donderdag op zijn dagelijkse persconferentie weten dat het visumaanvragen van buitenlandse correspondenten altijd in overeenstemming met de wet behandelt.
Woordvoerder Lu Kang zei echter niet welke regels Rajagopalan heeft overtreden zodat ze China nu moet verlaten.
Journalistenvisum
Het is niet voor het eerst dat een buitenlandse correspondent geen nieuw werkvisum krijgt en daarmee de facto China wordt uitgezet. In 2012 overkwam dat Melissa Chan van Al Jazeera.
Austin Ramzy van The New York Times moest in 2014 het land verlaten. In 2015 kreeg Ursula Gauthier van het Franse opinietijdschrift L'Obs geen nieuw visum. Formele redenen worden doorgaans niet gegeven.
Dat was anders in het geval van Gauthier. De Chinese overheid reageerde als door een wesp gestoken toen zij schreef dat China aanslagen in Parijs gebruikte om zijn eigen beleid in de onrustige regio Xinjiang te rechtvaardigen.
Twee maanden later werd haar visumverlenging afgewezen. Volgens het ministerie was zij ongeschikt haar werk als correspondent te vervullen, omdat ze terrorisme propageerde, het Chinese volk had beledigd en verzuimd had excuses te maken voor haar 'verkeerde woorden'.
Zelfcensuur
De Chinese overheid stelt af en toe een voorbeeld aan de bijna 600 buitenlandse journalisten die in het land werkzaam zijn. Of zoals een bekend Chinees spreekwoord luidt: een haan slachten op het dorpsplein om de apen bang te maken.
De bedoeling is correspondenten duidelijk te maken dat zij in hun berichtgeving over gevoelige onderwerpen niet een rode lijn moeten overschrijden. Kritiek op China mag, maar met mate.
Niemand weet echter waar de rode lijn precies ligt en dat verandert ook met de tijd. Maar het lijkt erop dat niet een van de drie T's -Taiwan, Tibet en Tiananmenplein- momenteel het gevoeligste onderwerp voor China's leiders is.
Net als Gauthier schreef Rajagopalan regelmatig over de mensenrechtensituatie in Xinjiang. Voor haar verslaggeving over de controle en repressie in deze onrustige regio kreeg zij eerder dit jaar de Human Rights Press Award toegekend. Xinjiang is China's open zenuw van dit moment.
Lees hier het artikel waarvoor Rajagopalan de prijs kreeg toegekend.
Gerelateerde onderwerpen:
Geen nieuw visum voor Franse journalisteOngekende arrestatiegolf in Xinjiang
Correspondenten in China ervaren toenemende druk