Kijktip: films over China op het IFFR 2020
Ook dit jaar weer zijn er verheugend veel films uit of over China te zien op het Internationale Film Festival Rotterdam. De organisatie heeft dit jaar bovendien een filmperspectief over Hong Kong geprogrammeerd.
Let op: Het festival vindt plaats van 22 januari tot en met 2 februari, maar om onbegrijpelijke redenen wordt het speelschema pas op 15 januari bekend gemaakt en begint de kaartverkoop op vrijdag 17 januari. Daarmee doet het festival zichzelf, maar vooral de bezoeker ernstig tekort. Want wie kan er op zo'n korte termijn tijd in zijn agenda vinden om meerdere films te zien?
Balloon (China, 2019): De twee jongste zoontjes van Dargye en Drolkar hebben de condooms van hun ouders als ballonnen opgeblazen. Dat is niet alleen vervelend omdat hun hele dorp in het Tibet van de vroege jaren tachtig er schande van spreekt, maar vooral omdat de condooms nu op zijn. Het echtpaar van schaapherders heeft al drie zoons, en aangezien China onlangs de eenkindpolitiek heeft ingevoerd, kunnen er geen kinderen meer bij.
Nadat China's eenkindpolitiek in 2015 werd versoepeld ontstond er ruimte voor films die de gevolgen van de maatregel belichtenn. De Tibetaanse filmmaker Pema Tseden kiest daarbij voor een droogkomische insteek, gevat in simpele handheld-filmbeelden vol impliciete symboliek.
The Cloud in het Room (China, 2020): Het oude appartement van Muzi’s ouders is er nog. Een bed, een achtergelaten stoel, een raam dat uit de sponning valt – restanten van een relatie die ter ziele is. In haar persoonlijke debuutfilm volgt de Chinese filmmaker Zheng Lu Xinyuan haar 22-jarige hoofdpersoon als die voor nieuwjaar terugkeert naar haar geboorteplek Hangzhou. Ze spreekt af met oude vrienden, maakt nieuwe en bezoekt haar ouders. Nergens lijkt ze nog te passen. Net als dat appartement is Muzi stil komen te staan tussen verleden en toekomst.
Zheng Lu, die haar film in zwart-wit draaide, onderstreept Muzi's vervreemding met gedurfde regiekeuzes. Ze combineert handheld documentaire beelden, waarin Muzi mensen om haar heen interviewt, met afstandelijker camerawerk. Zheng Lu maakte een melancholische én actuele film over haar generatie en de maatschappij waarin ze opgroeit.
The Cube Phantom (2019, Hong Kong): Film van Alan Lau over het streven naar waarheid en vrijheid en de angst en onrust die zich met zich meebrengt in het Hong Kong van na de de-kolonisatie van 1997.
Damp Season (China, 2020): Opnieuw een film uit het subtropische Zuiden van China. De kenmerkende hypnotiserende en klamme atmosfeer van de Southern Wave is ook te voelen in de tweede lange film van Gao Ming. Hij gebruikt de weersgesteldheid van de vochtige vroege zomer als lens om een relatie uit te vergroten van een jong stel dat uit elkaar groeit en zich in de armen van anderen gooit.
Zij is een onafhankelijke jonge vrouw die werkt in een bloemenwinkel, hij een wat onopvallende, onvolwassen piekeraar, werkend als beveiliger. Terwijl hun relatie op een dood spoor is beland – zonder dat ze het zelf in de gaten hebben – stelt de film scherp op het onuitgesprokene en de trivialiteit van het leven dat dan toch nog plotseling zijn loop hervindt.
Detention (Taiwan, 2019): psychologische horrorfilm die speelt in 1962 tijdens de periode van de Witte Terreur, de periode van staat van beleg in Taiwan. Een jongen en meisje zijn 's nachts opgesloten in hun verlaten schoolgebouw. Als ze samen proberen te ontsnappen en hun vermiste leraar te vinden, lopen ze geesten tegen het lijf en ontdekken ze hun donkere lot. Gebaseerd op een gelijknamig videogame.
Dwelling in the Fuchun Mountains (China, 2019): Eerste deel van een beoogde trilogie van debuterend regisseur Gu Xiaogang. De film schetst een beeld van een veranderende samenleving waarin traditie en moderniteit naast elkaar bestaan. Gu gebruikt voor zijn vertelling een gezin met verschillende generaties, waarbij thema's als huwelijk, geld en respect de revue passeren. Gefilmd in Fuyang gedurende de vier seizoenen. De titel is gebaseerd op een gelijknamig, beroemd Chinees schilderij uit de veertiende eeuw.
From the Queen to the Chief Executive (2001, Hong Kong): reprise voor de film van Herman Yau in het kader van het IFFR-perspectief Ordinary Heroes: Made in Hong Kong. De film draait om een jonge vrouw van het Chinese vasteland die tegen haar zin naar Hong Kong verhuist. Daar komt ze in contact met de winnaar van een schrijfwedstrijd, die in de gevangenis blijkt te zitten. Hij is een van vijf jonge delinquenten die vast zijn gezet op verdenking van moord op een Brits echtpaar in 1985. Volgens de Britse regels worden zij voor onbepaalde tijd gedetineerd om hun leven te beteren, maar niemand kijkt naar ze om. De vrouw neemt het samen met een lokale parlementariër op tegen deze onrechtvaardigheid.
The Honor among Thieves (China, 2019): Een zeventiende-eeuws volksverhaal over vier criminelen die zich ten tijde van de Song-dynastie (10e-13e eeuw) staande houden in een gecorrumpeerde wereld leverde het ongebruikelijke bronmateriaal voor deze debuutfilm. Regisseur Ma Lanhua put verder uit literatuur, Franse komedie, Chinese opera, hedendaagse (performance)kunst en film – vooral die uit het vroege zwijgende tijdperk, met tussentitels, een kleurenpalet dat doet denken aan handgekleurde rolprenten en speciale effecten uit het arsenaal van filmpionier Georges Meliès.
De schurkenstreken van het gezelschap worden gevolgd tegen de achtergrond van theatrale decors, die met simpele creatieve ingrepen tevoorschijn zijn getoverd op verlaten bouwplaatsen, fabrieks- en rangeerterreinen. Een apocalyptisch niemandsland dat past bij de punkenergie van deze totaalperformance, waarbij de triviale vertelling vooral als vehikel dient voor een originele vorm van cinema.
If we Burn (Hong Kong, 2020): film van James Leong en Lynn Lee. Geen nadere informatie bekend.
Long arm of the law (Hong Kong, 1984): film van Johnny Mak op herhaling. In deze gangsterfilm volgen we een groepje Chinese oud-militairen die naar Hong Kong zijn uitgeweken en het verkeerde pad opgaan. Ze beroven een juwelier, maar doden een politieman. Dan slaan ze op de vlucht.
Lost in the Fumes (Hong Kong, 2017): Documentaire biografie over studentenleider en politicus Edward Leung. Regisseur Nora Lam reconstrueert zijn leven vanaf de universiteit, via de Paraplu-demonstraties naar de periode dat Leung langs politieke weg verandering probeert te bewerkstelligen. Vanwege zijn pro-onafhankelijkheidsstandpunt wordt hem verboden zich kandidaat te stellen voor het stadsparlement van Hong Kong. De film was goedbezocht in het alternatieve circuit van Hong Kong, maar grote bioscopen durfden hem niet te programmeren.
Made in Hong Kong (Hong Kong, 1997): low budget speelfilm van Fruit Chan gaat op reprise. Tegen het decor van de machtsoverdracht van Hong Kong door de Britten aan de Chinezen volgt Chan het leven van jonge Hongkongers die wonen in de gigantische sociale woningbouw-flats.
Memories to choke on, drinks to wash them down (Hong Kong, 2019): Vier korte films samengebracht in een mozaïek met als gemeenschappelijke noemer: gedeelde historie, hedendaagse uitdagingen. Twee immigrant-vrouwen ondernemen een grote reis van Yuen Long naar Central. Broers komen voor de laatste keer samen in de speelgoedwinkel van hun moeder in Sham Shui Po. Een lokale economieleraar en zijn Britse collega nemen afscheid omdat een van hen op het Chinese vasteland gaat doceren. Op het eind staat een vrouw op om te vechten voor de toekomst van Sham Shui Po.
No. 7 Cherry Lane (Hong Kong/China, 2019): In het Hongkong van de jaren zestig valt student Ziming voor de welvarende mevrouw Yu, de moeder van de achttienjarige Meiling, die hij bijles geeft. Yu ontvluchtte in de jaren vijftig Taiwan vanwege de zware repressie van linkse dissidenten. Terwijl hun verhouding zich ontvouwt, laat Ziming ook zijn oog vallen op haar dochter. Ondertussen borrelen in Hongkong politieke onrusten op.
Deze nostalgisch getinte, intieme en dromerige animatiefilm is gestructureerd rond een reeks bioscoopbezoeken en bevat allerlei speelse verwijzingen naar de filmgeschiedenis, Marcel Proust en Jane Austen. Het is de eerste film in tien jaar van de Hongkongse fotograaf en filmmaker Yonfan en zijn eerste animatiefilm. De beelden werden gecreëerd via een uniek proces, waarbij eerst digitale 3D-modellen werden gemaakt, die vervolgens werden omgezet naar handgetekende, felgekleurde animatie.
Only you Alone (China, 2020): Film van Zhou Zhou. Geen nadere informatie bekend.
Synapses (Taiwan, 2019): Als de jonge vrouw Xiao Meng uit de gevangenis komt, herkennen haar vader en haar zoon haar niet. De eerste omdat hij in de zes jaar dat ze vastzat dement is geworden, de tweede omdat hij nog maar een baby was toen ze, door toedoen van haar foute vriendje, werd opgepakt.
In het melancholische Taiwanese Synapses slaat haar terugkeer de familie uit het lood. Synapses toont hoe het leven altijd doorgaat, en dat families uiteindelijk altijd weer rond dezelfde eettafel eindigen.
Ten Years (Hong Kong, 2015): Compositiefilm waarin verschillende regisseurs hun visie geven hoe het leven in Hong Kong er in 2025 uit zou kunnen zien. Dat is geen leuk plaatje. De film werd vlak na de Paraplu-demonstraties met een minimaal budget gedraaid, maar werd een lokale blockbuster ondanks dat niet iedere bioscoopeigenaar de film durfde te vertonen.
We have boots (Hong Kong, 2019): Vervolg op Raise the Umbrellas uit 2016, dat een beeld gaf van de Paraplu-demonstraties. Dit keer richt regisseur Evans Chan zich op de vruchteloze pogingen van de protestbeweging om langs politieke weg hun doelstellingen te bereiken.
Wild Goose Lake (China/Frankrijk, 2019): Een man en een vrouw ontmoeten elkaar. Stromende regen, een verlaten uithoek van de stad, een sigaret die oplicht in het donker. Hij een bendeleider, zij een prostituee. Regisseur Diao Yi'Nan laat geen ruimte voor twijfel in de openingsscène van The Wild Goose Lake: dit is film noir. Zoals de klassieke noirs de nihilistische Amerikaanse onderbuik na de Tweede Wereldoorlog opentrokken, zo toont Diao ons de uitwassen van hedendaags China door zijn personages op een doodlopend spoor te zetten.
Hoewel Diao de hoofdrolspelers uit zijn Gouden Beer-winnende vorige film Black Coal, Thin Ice herenigt, slaat hij met deze gestileerde opvolger een nieuwe weg in. Het verhaal is simpel – de crimineel, de prostituee, op de vlucht – maar dit wordt doelbewust verhaspeld tot het bijna abstract wordt. Je moet bij de les blijven, terwijl Diao je om de oren slaat met het ene bloederige, neonverlichte visuele hoogstandje na het andere.
Wisdom Tooth (China, 2019): De net volwassen geworden Guxi woont met haar halfbroer Guliang in een wat deprimerend vissersdorp. Ze hebben een goed leven samen, bijna als een getrouwd stel. Zij werkt in een hotel als kamermeisje, hij vist. Wanneer door een olielek in zee hun bron van inkomsten wordt bedreigd, vindt hij via een vriend ander werk én de aantrekkelijke Qingchang. Ze brengt vrolijkheid, avontuur en een vleugje luxe in hun bestaan. Maar ze zorgt ook voor onrust. Haar vader blijkt een soort maffiabaas en Guxi heeft moeite met de ontluikende romance. Alles komt op scherp te staan als een visser op zee onder verdachte omstandigheden sterft.
Debuterend filmmaker Liang Ming vertelt het overtuigende verhaal vloeiend, waarbij hij subtiel de onderlinge verhoudingen en ingehouden, complexe emoties van en tussen de personages blootlegt. De spanning bouwt zich vanzelfsprekend op, zonder kunstgrepen en met goed acteerwerk, in een wereld die beurtelings kleurrijk en warm, kil en dreigend is.
A Witness out of the Blue (Hong Kong, 2019): Spectaculaire misdaadfilm van Chi Keung Fung over een detective en een papagaai. Drie maanden na een bloederige overval op een juwelier, wordt een van de overvallers dood gevonden. Als ook nog de buit verdwijnt kijken de overige daders naar het brein van de overval.
Yellowing (Hong Kong, 2016): De jonge filmmaakster Chan Tze-woon laat de Paraplu-demonstraties van binnenuit zien. Ze draaide 67 dagen achtereen op straat en volgde niet de protestleiders, maar gewone demonstranten en legde zo hun dromen en inspanningen vast voor meer democratie en minder invloed van China in hun stad.