'Overheid moet zich minder met economie bemoeien'
De Chinese overheid bemoeit zich teveel met zaken die de markt prima zelf kan regelen en kan zich beter richten op het verbeteren van echte overheidstaken. Een logisch, maar toch opmerkelijk pleidooi van premier Li Keqiang.
Regels op het gebied van marketing, vergunningen voor kleine en middelgrote investeringen en verplichte beroepskwalificaties. De nieuwe Chinese regering heeft er sinds zijn aantreden in maart al 122 van geschrapt. En dat is nog maar het begin, zei Li maandag in een teleconferentie voor ambtenaren en bestuurders.
Minder regels is goed voor de creativiteit van ondernemers en moet zorgen voor meer kleine en middelgrote ondernemingen en dus banen. In één adem door schetste Li zijn toekomstbeeld van de Chinese overheid: die moet zich niet bezighouden met 'onnodige controle' en moet een gunstige omgeving voor ondernemingen creëren door kwalitatieve diensten te verlenen. Bovendien moet de kwaliteit van de overheid regelmatig worden getoetst.
Staatskapitalisme
Het klinkt allemaal heel logisch, maar toch is het een kleine revolutie. In het staatskapitalisme (of het vrije-marktsocialisme, wat je wilt) is de rol van de Chinese overheid alomvattend. De staat bemoeit zich overal mee en staatsondernemingen domineren vitale sectoren. Er is geen 'onnodige controle', omdat alle controle nodig is.
Als het Li ernst is, zal de staat een stukje controle los moeten laten. Bovendien moet het zijn eigen functioneren verbeteren. "Verandering van de overheid is dringend nodig om de economie gezond te laten groeien", aldus premier Li. Hij voegde er aan toe dat de overheidstaken die wel noodzakelijk blijven, transparant moeten worden om corruptie te voorkomen.
Op de vraag of de crisis in de voedselindustrie juist niet pleit voor meer regels en het beter handhaven daarvan, antwoordde hij dat dit probleem moet worden opgelost met keiharde straffen. Dat klinkt dan weer wel heel Chinees.